NDR


Hoofdmenu
Archief:

Home

Nieuws

Organisatie

Bibliotheek

Fototheek

Videotheek

Museum

Geschiedenis >

Historie: Willem Strooper


Zijper Historie
Circa viermaal per jaar geeft de historische vereniging "De Zijpe" een blad uit, genaamd "Zijper Historie Bladen". De Zijpe is het gebied tussen Alkmaar en Den Helder en omvat o.a. de gemeenten Petten, Callantsoog, 't Zand en Schagerbrug. Drafsportliefhebbers weten dan meteen dat dit een drafsportbolwerk is. Denk maar aan de hier gevestigde trainers Hugo Langeweg, Peter Strooper, Patrick de Haan, en vroeger Bram Nottelman, Piet Strooper, Mees Dapper, Siem Hartman, Leo Schoonhoven, Renco Slik, Van Klaveren, etc. In de "Zijper Historie Bladen" zijn enkele jaren geleden zes artikelen over een aantal Zijper entrainementen gepubliceerd, die we met toestemming mochten overnemen.

In onderstaande tabel staan alle afleveringen van deze "Stable-tour" door de gemeente De Zijpe. Verklaring der kolommen:
- aflev. is de aflevering in de Zijper bladen (1 t/m 6)
- datum: is de datum van plaatsing op deze website
- plaats: is de locatie van het entrainement

aflev. datum plaats trainer click

1a

09-11-2010

Burgerbrug

Susanna / W. Paarlberg

hier

1b

09-11-2010

Schagerbrug

Willem III / C. Brommer

hier

2

18-11-2010

Sint Maartensbrug

Bram Nottelman

hier

3

07-11-2010

't Zand

Piet Strooper

hier

4

01-12-2015

Sint Maartensbrug

Mees Dapper

hier

5a

20-12-2015

Callantsoog

Willem Strooper (+Wil Blauw)

hier

5b

29-12-2015

Callantsoog

Peter Strooper

hier

5c

29-12-2015

Callantsoog

Hans Ruygrok

hier

5d

23-02-2013

Callantsoog

Cees en Ellen Imming

hier

6a

26-03-2016

Schagerbrug

Leo Schoonhoven

hier

6b

02-04-2016

Schagerbrug

Siem Hartman

hier

6c

29-04-2016

Schagerbrug

Hugo Langeweg

hier


Op deze pagina de aflevering over Willem Strooper, een prachtig tijdsbeeld.
(kijk ook eens op www.zijpermuseum.nl)


Entrainementen in Zijpe
Uit Zijper Historie Bladen nr. 1 uit 2000.
Aflevering 5: DE CALLANTOGERS
Door L.F. van Loo
(met speciale dank aan J.E. de Boer)

Inleiding
Het begon allemaal in het midden van de jaren vijftig. Toen streken de Van Klaverens uit Rijnsburg in Callantsoog neer. Van Klaveren Sr. was peenteler, maar had ook dravers in eigendom. Eerst kocht hij Abbestederweg 32, waar nu zijn dochter Ina en haar man Wim C. (of Willem) Strooper zitten. Later verwierf hij ook Holstein aan de Jeweldijk. Zoon Anton ging daar paarden trainen. Diens broer Frans was een goede amateurrijder, maar de laatste jaren is hij vooral met zijn strandpaviljoen in de weer.
Op een klein stukje Callantsoog zijn er thans drie entrainementen: dat van Willem Strooper, dat van zijn zoon Peter (die het overnam van Hans Ruygrok) en dat van Cees Imming (die medio jaren zestig een tijdje bij de eerste werkte) aan de Zandweg. Dit artikel is gebaseerd op interviews met de heer en mevrouw Strooper-Van Klaveren, Peter Strooper en zijn Zweedse vriendin Mayvor Johansson, Hans Ruygrok en Cees en Ellen Imming) en diverse artikelen in kranten en tijdschriften.

1. ABBESTEDERWEG : WIM. C. STROOPER

Willem Strooper thuis, met een leuk "beessie".

Deze boerenzoon is in 1930 geboren aan de Schinkeldijk in Callantsoog. Op een boerderij met koeien, schapen, varkens, kippen en bouwland. Een gemengd bedrijf dus. Wim hielp thuis op de boerderij, was gek van paarden en wilde daar iets mee gaan doen. Tegen het midden van de jaren 50 was hij leerling-pikeur bij Roel van Wieringen in Alkmaar en in 1955/56 een halfjaar bij zijn oudooms (neven van zijn vader) Piet en John Strooper in 't Zand (zie aflevering 3 van deze reeks).
In die tijd was het zo, dat als je tien koersen had gewonnen als leerling-pikeur, dan mocht je een licentie voor pikeur aanvragen. Nu komt daar heel wat meer voor kijken, maar toen was dat zo. Werken bij de bekende Stal Strooper in 't Zand was natuurlijk een goede aanbeveling. Wim deed dat in de ochtenden. 's Middags was hij aan de Schinkeldijk, bij het ouderlijk huis, met z'n eigen paardjes bezig. Hij had er een grasbaantje om te trainen, maar reed ook veel langs de weg. Dat kon toen nog en de paarden vonden de variatie prettig. Na een intermezzo in Sappemeer zat Strooper een tijd op Holstein, van zijn zwager Anton, maar hij wilde iets van zichzelf.

Aureola
In 1967 kocht hij Abbestederweg 32 van zijn schoonvader. Met zijn vrouw (en zoontje Peter, die toen anderhalf was) bouwden ze het uit tot wat het nu is: een flink entrainement met een trainingsbaan van 650 meter, weitjes, stallen enzovoort.
Stroopers eerste succespaard was Aureola, eigendom van Ir. Silver te Wageningen, wiens wieg in Oudesluis had gestaan (zie aflevering 3). De merrie was eerst bij Piet Strooper, maar die kon er niet zo veel mee en zo kwam ze bij Wim in Callantsoog. Die kwam er goed mee overweg, zo goed zelfs dat ze in een race om de Gouden Zweep winnend lag, zoals dat heet in het draversjargon. Maar toen sloeg het noodlot toe: een valpartij. Aureola brak een hoefbeen, Wim Strooper een hielbeen. Het paard werd vervolgens fokmerrie. Niet de enige op het bedrijf toen, want er was een eigen fokmerrie aangeschaft van Daan Marees uit 't Zand. Het was Nonnie M, een dochter van Parisien en Gretchen H. Daar kwamen goede veulens van: Detra, Brian Hanover, Juantia en Yonker Hanover vielen vaak in de prijzen.

A-tje

Aureola met Willem Strooper op het stallenterrein van Mereveld.
Deze merrie won o.a. in 1964 het K.J. Meinardi Memoriaal.
In 1966 de Grote KLM-prijs en in 1967 het Mid Winter Criterium.

Boven: Hier betreedt Willem Strooper met zijn eigen
fokproduct Detra de drafban van Hilversum.
Detra won o.a. de Grote Pinkster-prijs 1968
en de Matadoren-prijs 1e serie 1968.

Ongeval
Het is 3 december 1969, kwart over twaalf 's nachts. De veewagen is bijna bij huis, ter hoogte van Kolhorn. Op de terugweg van Hilversum, met slecht weer. Ze raken van de weg: chauffeur Wil Blaauw (leerling-pikeur bij Wim Strooper), Piet en Wim Strooper en vier paarden. Frederik van Wim is vrijwel direct dood, Farro Bond van Piet is dusdanig gewond (verlamming) dat het moet worden afgemaakt. Gelukskind loopt verwondingen op aan benen en ogen alsmede een stevige verkoudheid, bijna een longontsteking. Het vierde paard, Geisha Double, van Korver uit Schoorl mankeert niets. De drie mannen komen met de schik vrij. Frederik won kort voor het ongeval een koers in Wolvega en vroeg in het jaar was hij eerste geworden in Hilversum. De tien maanden daartussen was hij op rust geweest vanwege een gevoelig achterbeen en een ontstoken rugspier. Maar hij beloofde weer prestaties van formaat te gaan leveren en nu dit. Een strop dus, temeer daar Wim Strooper niet verzekerd was. Dat kon wel, maar liep nogal in de papieren als je een flink aantal paarden had.


Wil Blaauw (intermezzo)
Van 1967 tot 1977 werkte Wil Blaauw uit St. Maartensvlotbrug bij Wim Strooper als (leerling-)pikeur en stalknecht. Met Frits W werd hij Nederlands kampioen bij de leerlingrijders. In 1974, op de Hilversumse drafbaan. De vader van Wil Blaauw had een landbouwbedrijf en deed mee aan boerendraverijen. Later reed hij ook met echte dravers op de 'wilde baan'. Vanwege te grote gespannenheid reed vader Blaauw echter weinig prijs. Zoon Wil kwam op zijn zestiende voor het eerst op de korte baan uit. In Tuitjenhorn, met Wim Hollandia, won hij meteen de eerste prijs. In de wintermaanden, als er thuis in de akkerbouw weinig te doen was, ging hij bij Wim Strooper werken. Tussen dat werk door volgde hij een dag in de week de cursus in Wassenaar. Met Juanita behaalde Blaauw 17 zeges, in totaal was hij goed voor veertig eerste prijzen. Maar de verdiensten in het paardenvak waren, ook toen al, matig en Strooper kon hem eigenlijk niet betalen. Dus probeerde Wil af en toe wat anders, om toch weer snel terug te gaan naar de paarden bij Wim Strooper. Met hem kon hij het best rooien, "een heerlijke vent".
In 1977 kon Blaauw chauffeur worden bij zorgverleningscentrum Noorderhaven in Julianadorp en daar werkt hij nu nog. In 1996 vroeg hij weer een licentie aan en reed nog vijftien koersen voor Strooper. Hij werd een keer tweede en behaalde diverse derde en vierde plaatsen. Opvallend vond hij dat het nu veel harder gaat dan twintig jaar terug. Ook de collegialiteit onder de pikeurs is veel groter dan vroeger, toen er pure broodnijd was. De paarden worden nu veel beter begeleid en de kennis is enorm. "Zo'n Peter Strooper is toch een halve dierenarts", aldus Wil Blaauw, die tegenwoordig in Oudesluis woont.
(bron: artikel van Frank Oudmaijer in de Schager Courant van 10 december 1998)

Boven: Geisha Double (Wil Blaauw) zegeviert fraai in de Cita du
Maire W-prijs te Groningen, 21-6-1970 voor Gladiool (rechts).

Boven: Granda (nr.6) zegeviert in handen van Wil Blaauw,
voor Ivan Axkit en Goeam (nr.9, stek) in de Bromelia-prijs
d.d. op 23-4-1973.

topper

Boven: Lestavil (W. Blaauw) wint de Carente-prijs, op 28-12-1975,
voor Marnamai (nr.9) en Looper T (nr.1).


Bedrijf op zich
Toen, in 1969, had Stal Strooper in Callantsoog 13 paarden in eigendom en 10 in training. Twee assistenten hielden zich ook met de paarden bezig en men probeerde veel zelf te doen. Zo ook het beslaan van de dravers, iets dat nauwkeurg mikt. De ene draver moet zo'n ijzer hebben, de andere zus. Als je iets wilt bereiken met paarden zul je daar heel goed op moeten letten.
Mevrouw Strooper ging in die tijd zoveel mogelijk mee naar de koersen, maar de driejarige zoon Peter bond haar meer dan vroeger aan huis. In december 1969 was de hoop van de Stroopers gevestigd op de gekochte merrie Godetia, op de eigen fok Granda en op de vosruin Daimler. Ook de fokmerrie Xanthia S (1.20.7) en haar dochter Klarinette (vader Mr. Way) zouden zich laten zien, zo was toen de verwachting.

Daimler
Dit paard zou het waarmaken, al zag dat er aanvankelijk niet zo naar uit. In 1969 was deze toen 5-jarige vosruin van eigenaar Bouwman bij Stal Strooper gekomen. In dat jaar won hij slechts fl 500. Bouwman, uit Groningen, zat in de autohandel en gaf zijn paarden namen van bekende automerken. Ook Bram Nottelman reed paarden van deze eigenaar. Daimler was eigenlijk afgeschreven, maar onder de kundige leiding van Wim Strooper kwamen er toch successen. Zo werden in 1972 elf van de veertien starts in Wolvega gewonnen alsmede de Grote Kerstprijs (2e serie) op Hilversum. Daimler was toen al 10 jaar oud. En er zou nog meer volgen. Daimler was een Stuerman-zoon, van goede afkomst dus, maar leek aanvankelijk totaal niet geschikt voor draverijen. "Maak hem maar af", raadde men Bouwman aan, "de beentjes staan helemaal verkeerd, dat wordt niets". De eigenaar zette echter door, maar overleed toen Daimler zeven jaar oud was. Zijn winsom was toen nog maar f 15.000, Wim Strooper zag er wat in en kocht hem. Hij zou elf jaar bij hem blijven, maar kreeg eerst een koliek (darmverstopping), vervolgens een tumor aan een oog en tenslotte een kreupelheid aan een achterbeen.
"Die koliek was zeer ernstig. Daimler had hoge koorts, at en dronk drie dagen niet en de dierenarts had hem al opgegeven. Die stelde zelfs voor bet paard uit zijn lijden te verlossen, maar ik wilde het nog een nachtje aanzien", aldus Strooper. "Toen ik 's morgens in de stal kwam en hem dood op de grond verwachtte, stond hij met zijn neus door de tralies. Voorzichtig probeerde ik hem een worteltje te voeren, maar hij beet mijn vingers bijna af".
De oogtumor leek ook ernstig, want het zou kanker zijn volgens een NDR (Nederlandse Draf- en Rensport) dierenarts. "Die maakt het niet lang meer en als hij wel blijft leven zal hij aan beide ogen blind worden". Maar ook deze keer viel het gelukkig erg mee. Later volgde nog een serieuze bloeduitstorting, die verholpen is door het hoefbeen voor de helft open te snijden. Dat gebeurde bij de veeartsenijschool van de Rijksuniversiteit Utrecht.
In 1974 won Daimler diverse prijzen (f 13.350, recordtijd 1.18.1), maar op 30 december van dat jaar liep hij zijn pensioneringskoers. De totale winsom was inmiddels opgelopen tot f 114.000 en kort voor het gedwongen afscheid van de drafbanen zorgde de ruin nog voor een complete verrassing.

Henri Buitenzorg geklopt
"Een verrassing zeker", zegt Wim Strooper. "Daimler wilde nog wel eens moeilijk van start gaan en moest door zijn hoge winsom achter in het veld starten. Maar nu lootten we op Hilversum (in het Internationale nummer) de tweede startplaats. Daimler ging uitstekend van start en we hadden al snel de koppositie te pakken. Henri Buitenzorg maakte echter vlot zijn twintig meter handicap goed en kwam in het tweede spoor. Na enige tijd stuurde Jan Wagenaar hem naar de leiding, maar toen ik zag dat hij even haperde kon ik Daimler toch weer voorop krijgen en we wonnen". Maar dravers (hengsten; merries eerder) in Nederland moesten met 12 jaar op pensioen, mochten niet meer aan draverijen deelnemen. Engeland, waar die regel niet gold, was dan nog wel eens een uitkomst. Buurtgenoten van Daimler als Christiaan de Wet en Detra gingen daar heen, met wisselend succes overigens. Daimler ging naar België, waar hij in het ongeregistreerde circuit koerste.

Boven: Daimler en Willem Strooper tijdens een voorwerkje
in Drachten, begin jaren zeventig.


Boven: Daimler wint de 1e serie van het Merevelds Mijlrecord 1971
in handen van Wim Strooper voor v.l.n.r. Ingrid Hanover 2e,
Florissant 3e en Entry Volann 4e.
Daimler was een laatbloeier en hij won o.a. de
GP van Friesland 1969, Mid Zomer Criterium 1970
en GP van Wolvega 1972.

Cracks zijn nodig
Wim Strooper had in 1974/75 bijna dertig dravers in training en verder drie veulens en een fokmerrie op zijn entrainement in Callantsoog. Daimler raakte dus weg, maar "dat zijn gewoon formaliteiten die we hebben te accepteren". Frits W. was toen zo'n beetje de beste die ze overhielden. "En verder moesten we maar hopen, dat er uit de jonge paarden iets goeds tevoorschijn kwam. Echt, voorspellingen kun je nooit maken en ook een recordmerrie geeft geen garanties, dat er een topdraver uitkomt. Daimler was daar een goed voorbeeld van, net als Mistral Nora, Jello of Karel Duke. En Ideal Dear niet te vergeten. Je moet afwachten, maar een crack heb je nodig om je bedrijf draaiende te houden. Je moet in dit wereldje jezelf zien te redden, want anderen doen het niet voor je".

Eigenaren
Ir. Silver en Bouwman zijn al ter sprake gekomen, Joepert Blokdijk van Zaal Bloemenlust in Breezand nog niet. Hij was bekend in de regio en liet zijn paarden door Wim Strooper trainen. Frits W was een succespaard van hem, waar Strooper in Wolvega en Hilversum heel wat prijzen mee gewonnen heeft. Nog zo'n eigenaar was Van Saaze, uit de Schermer, die later in Eemnes, met z'n vrouw, Hotel Restaurant Eemland tot een mooi bedrijf maakte. A. van der Pijl uit Alkmaar was de eigenaar van Pijlsnel (zie hierna). Tegenwoordig heeft Strooper paardjes van Joop de Ruiter uit Schagen. Aanvankelijk was hijzelf ook vaak eigenaar; het fokken ging leuk, maar later werd dat minder. Tim Hanover was het laatste goede fokproduct, hij werd Nederlands Kampioen der vierjarigen. Maar ook Tim raakte aan de sukkel. Terwijl hij lekker met andere paarden in de wei liep, kreeg hij 'een tik' van een fokmerrie. Dat leidde tot problemen aan het hoofd en helaas is dat nooit meer goed gekomen.

Naar de koersen
De eerste tien tot vijftien jaar gingen de paarden met een veewagen van de weduwe L. Schilder uit 't Zand mee naar de koersen, later kwam er een eigen veewagen. Als er maar een of twee paarden mee moesten, en dat ook voor Mees Dapper en Piet Strooper gold, huurden ze samen een auto. In die tijd gingen ze op zondag naar Groningen, dat wilde zeggen om vijf uur van huis, stoppen in Franeker om naar de kerk te gaan en daarna even op te steken, om vervolgens naar Groningen te rijden. Dat was toen een heel gedoe, met die smalle wegen, hier en daar zelfs met een pontje over en dwars door steden. Naar Mereveld bijvoorbeeld kronkelden ze langs de Vecht; het kostte veel tijd en was zeker niet ongevaarlijk, zoals we gezien hebben. Tegenwoordig gaat dat allemaal veel beter.

Geduldig en eerlijk
Eind 1981 was de toen zevenjarige ruin Pijlsnel de snelste viervoeter van Stal Strooper. De naam was afgeleid van eigenaar Van der Pijl. Blijkens een kranteninterview uit die tijd was hij bij Wim Strooper gekomen met zijn paarden "omdat die bekend staat als iemand, die jonge paarden spaart, ze niet kapot rijdt tijdens de training. Daar is veel geduld voor nodig en dat heeft hij". Van der Pijl merkte ook op dat Wim Strooper een van Neerlands eerlijkste pikeurs is. De Callantsoger trainer-pikeur zegt daarover: "Ik houd niet van onsportiviteit. Als je rottigheid opzoekt kun je het terug krijgen en bovendien loop je risico's. Als ik iemand van de sokken rijd kan mijn paard geblesseerd raken. Ik heb de verantwoording voor het dier".

Niet om de robijnen
Paardengek Wim Strooper was altijd bezig, gunde zich nauwelijks vrije tijd. Zelf noemde hij dat eind 1981 een zaak van levensbelang, want "de schoorsteen moet roken". "Het is zo dat je dit vak niet om de robijnen moet beoefenen. Het is een liefhebberij en je maakt van een hobby je werk. Je moet natuurlijk wel talent hebben, maar als je veel geld wilt verdienen, kun je de vele uren beter ergens anders aan besteden". Het pad van een trainer-pikeur gaat nu eenmaal niet over rozen. "Je hebt eerder tegenvallers dan meevallers; in dit beroep moet je daar rekening mee houden". Pijlsnel was een meevaller (zie hierna), Tim Hanover leek dat te worden, maar het pakte anders uit, zoals we gezien hebben. En ook Robby Performer leek aanvankelijk een troef. Maar in de zomer van 1981 kreeg dat paard een tussenpees-ontsteking. Ingewijden in de paardensport weten wat dat betekent: een ernstige en langdurige zaak. En ook kostbaar, want een paard dat niet koerst kost veel en brengt niets in het laatje. Nog een tegenvaller dat jaar was dat een fokmerrie haar veulen 'afzette', een miskraam kreeg dus.

Gokken
De drafsport draait voor een flink deel op het wedden op de paarden. Wim Strooper zei daarover in 1981: "Zonder het totalisator-geld is paardensport te duur". Hij zag dan ook wel iets in het supertrio, dat ook buiten de drafbanen (postkantoren) gespeeld kon worden. Maar, "volgens mij ", zo zei de trainer-pikeur toen, "liggen de speelmogelijkheden nog niet goed. De mensen, die gokken op paarden, vind je in cafés en tabakszaken. Het zijn niet degenen die de deur van het postkantoor platlopen". Hij verwees naar Frankrijk, waar het op zondagochtenden erg druk was in de tabakszaken. Vooral als de koers om de Prix d'Amérique op het programma stond. Dan werd er daar op een dag meer omgezet dan hier in een heel jaar. Het is er niet beter op geworden de laatste jaren, de totalisator loopt terug. Volgens Strooper zijn de casino's in ons land daar debet aan. Plus het feit dat er nu alom zoveel te doen is. De toto-omzet op Duindigt was indertijd f 400.000 tot f 500.000 per koersdag, dat is nu hooguit nog twee ton.

Pijlsnel
Op 14 maart 1982 verraste Pijlsnel, een achtjarige ruin, de stayerselite op de Hilversumse drafbaan. Na twee maanden praktisch op rust te hebben gestaan, voerde het paard een indrukwekkend nummertje drafsport op. In de Grote Prijs der Stayers, toen omgedoopt tot Pim Jacobs-prijs, sloeg rijder Wim Strooper vanuit de laatste bocht komend, keihard toe om voor alle favorieten te winnen. Een absolute verrassing, want Pijlsnel was gezien de winnend uitbetaling van ruim twintig gulden (per ingezette gulden, LFvL) bepaald niet de grote favoriet. Dat was Speed Westlandia, maar de opvolger van Kees Verkerk kon in de slotfase 'geen vuist meer maken', zoals de krant de volgende dag schreef. In het omlijstende programma won Wim Strooper met Tine Windspiel ook de openingskoers. Die naam, Windspiel, zullen we nog tegenkomen.

topper

Boven: Pijlsnel (Wim Strooper) won o.a. Super Trio 22-10-1978,
Super Trio nr.4 in 1980 en de Grote Prijs der Stayers in 1982.
Pijlsnel won totaal 153.969 gld.

Afbouwen
Vader Wim doet het inmiddels rustig aan. In april en mei '98 won hij nog onder meer met Lars S. Maar de laatste maanden werd er niet gekoerst, omdat het daarvoor bestemde paard wat problemen had. Hij heeft nu nog twee fokmerries en is graag met de jonge paarden bezig. Iemand anders mest de boxen uit en zo is het nog aangenaam. De inmiddels bijna 70-jarige denkt nog af en toe een koers te rijden, maar dan voor wat afleiding.
Zeven jaar geleden nog adviseerde onder meer Hugo Langeweg hem om met het paard Daan S ook eens in Gelsenkirchen te gaan koersen. Het paard zou er zeker kansen gehad hebben, maar Wim Strooper is er toen, op zijn 63ste, toch maar niet aan begonnen.

Toekomst drafsport
Die ziet het echtpaar Stooper als wat zorgelijk. Dalende toto-omzetten en banen die gesloten worden. Schaesberg (in Limburg met veel geld in verband met de mijnsluitingen opgezet) is mislukt. Eigenlijk was het 'geldsmijterij op niksaf' is het oordeel. Hilversum is nu dicht, wellicht kan er met het vele geld dat die sluiting opgeleverd heeft iets moois in Almere komen. Ook in Alkmaar zal wel iets gaan gebeuren: verplaatsen van de baan?

Is het toeval dat de huidige toppers Hugo Langeweg en Peter Strooper, beide uit Zijpe, zoveel in het buitenland koersen en winnen? Vast niet. Waarom zijn er trouwens zoveel goede trainer-pikeurs in de regio Schagen, en dan met name Zijpe, in verleden en heden? Strooper vermoedt dat de ruimte een factor is. Die was hier volop en de zanderige grond was, voor de opkomst van de bloembollen, goedkoop. Voorts is er hier een traditie, al zeker 150 jaar (zie aflevering 1), en er waren (en zijn) veel echte paardenmannen.

(einde artikel uit de Zijper Historie bladen over Wim Strooper)



Hieronder het "In Memoriam" geschreven door Durk Minkema na het overlijden van Willem Strooper, gepubliceerd in "Draf&Rensport" nr. 45, jaargang 2009.

IN MEMORIAM WILLEM STROOPER 1930 - 2009

Willem Strooper is niet meer

Aan de vooravond van zijn 79-ste verjaardag is de oud-trainer en -pikeur Willem Strooper in zijn woonplaats Callantsoog overleden. Met "ome Willem" is één van de meest markante figuren uit de drafsport heengegaan, een monument en een vast ontmoetingspunt op de koersbaan. Een man die met weinig tevreden was, zijn eigen plan trok en geliefd was bij collega's en koersbezoekers, niet in de laatste plaats vanwege de gezelligheid die hij uitstraalde en waarvan hij genoot. Eén van zijn legendarische uitdrukkingen in dit verband is "nôh, sal 'k maar seggen, voor de dorst hoeven we't niet te doen, maar voor de geselligheid nemen we'r nag ientje".

Willem deed de eerste stappen in de drafsport in 1954 als leerling-pikeur bij zijn achterneef Piet Strooper in 't Zand, ook al zo'n Westfries drafsport-icoon. Op papier was Willem eerst in dienst van Roel van Wieringen, omdat Piet Strooper toen als eigenaar-trainer nog geen leerlingen mocht opleiden. Zijn eerste overwinning behaalde hij op woensdag 6 oktober 1954 op Duindigt met Ritmeester, zijn laatste en 634-ste bij zijn afscheid als pikeur op zaterdag 30 december 2000 op Wolvega met Pitching Wedge. Willem had ook altijd wel een "beessie" waarmee hij zelf fokte. In het begin van zijn carrière was dat de beste fokmerrie Nonnie M, die hem verblijdde met Xanthia S, zijn eerste crack, waarmee hij de Grote Kerstprijs 1964 won, maar ook met uitstekende dravers als Yonker Hanover, Brian Hanover en Detra 1.18,5, waarnaar eigenaar Joepert Blokdijk zijn bar in Middenmeer vernoemde. Met Chris Coes fokte hij de bijna-tonwinnaar Yorky 1.16,1 en samen met dezelfde Goes en mevr. Hekelaar bij de merrie Ilovier o.a. Tim Hanover 1.18,3. Zijn beste draver was waarschijnlijk wel Daimler 1.17,8, maar ook Frits W, Pijlsnel 1.17,7 en de merrie Aureola van Cees Silver waren cracks. Heel veel succes had Strooper ook met de producten van de merrie Matra van de familie van Saaze uit Eemnes, vooral met de tonwinnaars Carlos S en Daan S 1.15,0.

Willem was een vakman met een eindeloos geduld, die zich nooit liet opjagen en die zijn dravers de tijd gunde om zich te ontwikkelen. Aan het eind van zijn actieve loopbaan en daarna kon hij genieten van de successen van zijn zoon Peter, die nu op het ouderlijke bedrijf zijn entrainement heeft. En hij smaakte ook het genoegen dat zijn eigen fokproducten Salvador S en Troubadour S nog een aardig zakcentje aan fokpremie bijeen draafden. Salvador S werd tweede in de Derby.
Namens de redactie van Draf- en Rensport wensen we zijn vrouw Ina en zijn beide kinderen Peter en Jet veel sterkte met dit verlies. De herinnering aan deze bijzondere persoon met zijn onverstoorbaarheid en zijn droge Westfriese humor zal blijvend zijn.

(tot zover het In Memoriam geschreven door Durk Minkema)

topper

Boven: Lysbet Wuiverhof met Wim Strooper te Alkmaar,
midden jaren zeventig.

Boven: Willem Strooper wint op Duindigt met
?????

Boven: Willem Strooper gehuldigd na zijn laatste koers,
vlak voordat hij 70 jaar werd. Hij won deze koers met
Pitching Wedge, een paard uit de training
van zijn zoon Peter.



  terug naar boven

©Copyright Archief NDR


Submenu
Geschiedenis:

Klassiekers

Kampioensch.

Rennen

Langebanen

Kortebanen

< Mensen

Diverse